De loop van een bal

Met de loop van een bal bedoelen we de draaiing van de bal om zijn as.
Je krijgt een beter begrip wanneer je deze bewegingen kent en de daarbij behorende reactie van de bal kan verklaren.
De 3 elementaire bewegingen van een bal zijn:

  • Zuiver glijden
  • Zuiver rollen
  • Zuiver roteren

Zuiver glijden

  • De bal heeft eerst alleen een voorwaartse beweging zonder te rollen.
  • Alle punten van de bal hebben dezelfde snelheid in dezelfde richting.
  • De bal wordt met vlakke keu in het hart (M) geraakt.
  • De bal in het hart geraakt heeft grootste aanvangssnelheid.
  • De afstand van zuiver glijden hangt af van de beginsnelheid.
  • Door wrijving van het laken gaat de bal uiteindelijk rollen.

Zuiver rollen

  • Na zuiver glijden gaat de bal over in rollen.
  • Bij 1 omwenteling legt de bal de afstand van zijn omtrek af.
  • Bij afstoten op 1 cm boven het hart (T) vertrekt de bal rollend.
  • Bij hoger afstoten (R) is er sprake van doorschiet effect, een extra voorwaartse rotatie.
  • Bij hoger afstoten gaat door wrijving van het laken gaat de bal uiteindelijk zuiver rollen.

Zuiver roteren

  • De beweging van de bal om het middelpunt
  • Als de bal links (N / P) of rechts (O / Q) uit het hart wordt geraakt,